Het aanleggen van graanstroken tussen de bedden bij uienteelt


Stroken in uienperceel

Hoe werkt het

Gewassen, die vragen om een fijn zaaibed en waarbij teveel organisch materiaal in de toplaag storend kan werking bij de kieming en weggroei van het gewas zijn extra kwetsbaar voor afstroming van water bij hevige buien. Zaaiuien behoren tot deze kwetsbare teelten. Dit wordt versterkt door het lange open karakter van deze teelt. Om de kans op afspoeling vanaf het perceel te verminderen kunt u tussen de bedden (of zaaisporen) een strook  met granen inzaaien of volvelds onderzaai toepassen Dit doet u tegelijk met het zaaien of gelijktijdig met de zaaibedbereiding van de uien.

Door tussen de bedden in de zaaisporen of de aansluiting van de bedden een strookje graan (gerst, tarwe of een ander graansoort) te zaaien wordt als het ware een obstakel gecreëerd voor het afstromend water. Er kan tussen de 10 tot 25% extra bedekking gerealiseerd worden (afhankelijk van het teeltsysteem) waarbij vooral de kritische periode (voorjaar tot zomer) als de uienpercelen gevoelig zijn voor afstroming verkleind worden. Door de snellere beginontwikkeling en hogere dichtheid van het graan zijn er een soort van kleine groenstroken verdeeld over de akker die remming opleveren en de kans op infiltratie vergroten.

De granen kunnen al naar gelang uw eigen teeltsysteem na 1 juli vernietigd worden waarbij de “dode” gewasresten op het perceel aanwezig blijven. Op het moment van vernietiging zijn de uien vaak al meer ontwikkeld waardoor deze zelf al meer water kunnen remmen en grond vasthouden. Daarnaast is er nog voldoende tijd waarin de wortels van het graan zorgen voor extra vasthouden van de grond en verruwing van het oppervlak.

U kunt er ook voor kiezen om vollevelds zomergerst in te zaaien tegelijk met de zaaibedbereiding van  de uien. Dit lijkt dan een beetje op het stuifdek zaaien zoals men dat op de zandgronden kent in het kader van voorkomen van schade door winderosie. Uit eerste praktijkproeven bleek echter dat dit niet altijd past in de afloop van de teelt. Het risico voor concurrentie met de ui en het moment van vernietigen van de onderzaai gerst komt heel nauw.

Daarom is er in deze regeling ruimte geboden voor eigen invulling en is er wel een minimum opgenomen voor de oppervlakte  graan dat ingezaaid moet worden.

De stroken zorgen er ook voor dat het perceel minder lang volledig onbedekt is. Dit kan ook een gunstig effect hebben op  de aanwezigheid van  fauna en een positieve bijdrage leveren aan de biodiversiteit.

Effectiviteit

Waterkwantiteit:

Er ontstaat een remmende werking op het afstromen van water waardoor het water langer tijd krijgt om te infiltreren in de grond. Door de regelmatig terugkerende stroken tussen de bedden wordt de stroomsnelheid beperkt.

Waterkwaliteit:

Door het remmen van de waterafvoer zullen er ook minder nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen  afspoelen.

Voorwaarden

  1. Dat er tussen de bedden bij uienteelt een graansoort wordt ingezaaid.
  2. Deze stroken moeten minimaal 10% van het perceeloppervlak bedekken.
  3. Het graan wordt voor of gelijktijdig met de uien gezaaid.
  4. Het ingezaaide graan of graanresten tussen de bedden moeten zichtbaar blijven tot 1 juli van het betreffende teeltjaar.

Subsidie

De hoogte van de subsidie bedraagt € 20,- per hectare per jaar. U kunt meerdere landbouwpercelen aanvragen maar er geldt een maximum van opgeteld 40 hectare voor deze maatregel per aanvrager die voor subsidie in aanmerking komt.


Aanvraag

Uw aanvraag doet u via het subsidieportaal van Waterschap Limburg. Hier kunt u een account aanmaken, inloggen en namens uw organisatie een subsidieaanvraag indienen.