Natuur in de groei


De lente is aangebroken, het groeiseizoen is op 1 april gestart. Tijd om de balans op te maken; is er genoeg water op dit moment beschikbaar voor onze mooie natuur? Om alles goed te laten groeien? Op dit moment hebben we net genoeg water voor de natuur. Maar het mag wel wat meer zijn als het aan ons ligt. Zeker als we weer zo’n droge zomer krijgen als in 2022. Zuinig met water omgaan is niet alleen tijdens droge periodes ons advies, maar het hele jaar door!

Hoe gaat het nu met de grondwaterstanden?

We hebben begin april al gecommuniceerd dat de grondwaterstanden in een groot deel van Limburg hersteld zijn. Dat wil zeggen dat de grondwaterbollen op of rond het niveau van het langjarig gemiddelde zitten (zie plaatje 11 april). Het herstel is voor een belangrijk deel te danken aan de neerslagperiode van de afgelopen maanden. December en januari waren redelijk natte maanden, maart 2023 was uitzonderlijk nat. Ook april lijkt een maand te worden met behoorlijke neerslaghoeveelheden.

Wel zijn er lokale verschillen en is bijvoorbeeld het grondwater in Zuid-Limburg nog niet volledig op peil. Dat heeft daar te maken met het feit dat het watersysteem anders functioneert en niet direct reageert op neerslag, zoals dat in Noord- en Midden-Limburg het geval is. Regen die in het zuiden nu valt, komt daar pas over enkele maanden of nog later bij het grondwater, omdat dat in de Zuid-Limburgse heuvels vaak tussen 20 en 80 meter diep zit.

Kaartje grondwaterstanden 11 april

Herstel vochtige natuurgebieden

Voor het herstel van de vochtige natuurgebieden, zoals bijvoorbeeld broekbossen of vochtige heide, is het van belang dat de grondwaterstanden in de toekomst verder omhoog gaan en er minder schommelingen ontstaan. Nu zien we namelijk in een extreem droge periode dat de grondwaterstanden diep uitzakken waardoor dit type natuur steeds verdroogt.

Kringloop van het leven

Zonder water geen leven. Toch weten veel mensen niet hoe het er onder de waterspiegel uitziet, wat zich daar afspeelt en hoe belangrijk dat is voor het ecosysteem. Alle organismen die daar leven doen mee in de kringloop van het leven. Ze vormen het voedsel voor waterdiertjes, vissen maar ook voor vogels. Onder water wordt afval afgebroken, worden afgestorven planten- en dierenresten in kleinere stukjes geknipt om weer geschikt voedsel te vormen voor andere soorten.

Beestjes in de beken

Door klimaatverandering valt vaker in korte tijd meer neerslag. Regenwater heeft op veel locaties moeite om de grond in te trekken. Dit komt onder andere door verhardingen en veranderd landgebruik. De natuurlijke sponswerking van onze beekdalen en de wijde omgeving is vaak verdwenen. In een grote golf wordt het snel afstromende water dan door de beek geperst waardoor veel waterdiertjes op ‘drift’ kunnen raken. Gewoonlijk zitten die op een luw plekje vlak bij de stroming of ze houden zich met een draadje of netje vast. Bij piekafvoeren worden ze mee gesleurd. Ook gaat veel regenwater het riool in. Zodra dit vol zit, loopt het over naar de beek.  De waterdiertjes krijgen dan vies water te verduren waardoor kritische soorten verdwijnen. Piekafvoeren slijten beken uit, de verbinding tussen water en oever raakt verloren en substraten zoals grind raken bedekt door modder.

Droogte en beestjes

Bij droogte of te weinig water in de beek valt de stroming weg en stijgt de temperatuur; de waterdiertjes en vissen krijgen dan niet genoeg zuurstof.  Sommige diertjes kunnen goed tegen droogval en hebben hun levensstrategie er op aangepast. Ze gaan bijvoorbeeld als eitje in diapauze ot er weer regen komt of kruipen in de modder. Andere overleven het niet en kunnen zelfs verdwijnen uit beeksystemen. Zo heeft de beekprik (palingachtige vis) het op dit moment erg moeilijk door de droge periodes van de afgelopen jaren.